18 jul 2025

Leven in Springendal: de missie van Wim Pater

Ze woonden in Groningen en hadden nog nooit een voet in Twente gezet. Maar toen de vrouw van Wim Pater op Funda landgoed De Breuker in Hezingen tegenkwam, drong ze er toch op aan te gaan kijken. Al bij de eerste kennismaking was zijn verweer verleden tijd: “We kwamen hier aanrijden en waren meteen verkocht.”

Die zondagmiddag ligt nu zo’n drie jaar achter hen. De eerste zomer na de aankoop kampeerden ze bij de villa, daarna is de verbouwing gestart. De woning is energiezuinig gemaakt en opnieuw ingedeeld. Ook de tuin krijgt een andere inrichting: “We willen het landschap gevarieerder en grilliger maken. Tegelijk vind ik een duidelijke structuur en mooie zichtlijnen belangrijk.” Alles wat er gebeurt, heeft tot doel om dat wat al mooi was, nog mooier te maken. Wim: “De eerste keer dat ik hier was, kreeg ik een Efteling-gevoel. Het landschap heeft zo’n vriendelijke uitstraling. De afwisseling, de hoogteverschillen en de stadjes hier. Ik vind het prachtig.”

Positief kritisch

Je komt inderdaad schitterend aanrijden, via bochtige wegen door een glooiend landschap. Eenmaal binnen het hek lijkt het alsof je bij een bouwbedrijf bent gearriveerd, met overal hoge stapels bouwmateriaal en volop bedrijvigheid. Wim: “Het is hier natuurlijk nooit af. Ik ben te enthousiast en tegelijk de beperkende factor. Ik wil zoveel mogelijk zelf doen en maak overal een project van.” Een van zijn meest recente studies betreft het optimaal ophangen van nestkastjes: “Mijn vrouw zegt: je kunt ook beginnen met tien stuks. Maar ik ga meteen voor groots, voor alle vogelsoorten. Dus nu heb ik meer dan 200 nestkasten van de beste kwaliteit in de schuur liggen. Een deel ervan moet ik eerst nog schilderen, de witte randjes vind ik niet mooi.”

Dat ze zo blanco voor het huis en de plek zijn gevallen, betekent ook dat ze vrij onverwacht midden in de Natura 2000-perikelen zijn beland. Maar inmiddels staat Wim volop met de provincie in contact over de uitdagingen en de aanpak ervan. Zelf omschrijft hij zijn houding in het gebiedsproces als ‘positief kritisch’: “Ik vind het belangrijk om dit stukje land leuker en beter achter te laten dan ik het heb aangetroffen. Daar zet ik me graag voor in. En ik begrijp heel goed dat je met z’n allen iets aan zo’n mooi gebied wilt doen, elementen in ere wilt houden. Maar ik ben huiverig voor het doen van ingrepen die je niet zomaar herstelt. Daarom stel ik bij ieder plan kritische vragen.”

Een exotisch mosje

Na een lange carrière in de chemische laboratoriumtechniek, verkoopt hij uiteindelijk een groot, met eigen hoofd en handen opgebouwd bedrijf in vegetarische hondensnacks. Sindsdien is Wim met pensioen. Dat is maar goed ook, want met de aankoop van het landgoed heeft hij een fulltimebaan voor zichzelf gecreëerd: “Ik ben alleen al een halve dag kwijt aan het water geven van de bomen en planten.” De afgelopen jaren heeft hij er al talloze bijgeplant. Dennenbomen, beuken, kastanjebomen en nog veel meer. Wim: “Als het op de vrachtwagen aankomt, lijkt het heel wat. Maar zodra het geplant is, zie je ze in het grotere geheel amper terug.”

Lopend over het landgoed wijst hij aan welke vorderingen al zijn gemaakt, en wat nog werk in uitvoering is. Hij laat zien hoe hij – via een takje onder de klep van het kastanjekastje – indirect met eekhoorns communiceert, hoe een weerloze oude eikenboom wordt omsingeld door jonge beuken en hoe de bronvijver op eigen terrein bedekt is geraakt met een ‘exotisch mosje’. Wim: “Dit bedoel ik met: terughoudend zijn met maatregelen die je niet kunt terugdraaien. Hier zijn vroeger beuken weggezaagd en nu denkt de hond dat de bronvijver een grasveld is waarop hij kan rondrennen.” Om te laten zien hoe onder de wortels van een grote boom allerlei klein leven schuilt, loopt hij een geul in die in het kader van Natura 2000 binnenkort wordt dichtgemaakt. Wim: “Want wat is natuur hè, wat is natuur? Wat het een ten goede komt, gaat ten koste van het ander.”

Meten is weten

Uitmijnen blijkt op zijn land niet nodig, maar er wordt binnenkort een sloot verondiept en een aanpassing gedaan in de afvoer van regenwater. Wim: “In de oorspronkelijke plannen vond ik de manier waarop de waterafvoer was georganiseerd, niet overtuigend. Aan de ene kant wilde men het water niet te snel richting de beek laten lopen, terwijl aan de andere kant een snelweg naar de beek werd gecreëerd. Toen heb ik voorgesteld om de kikkerpoel hier voorop het erf uit te breiden en als waterreservoir te laten dienen. Dat gaat nu gebeuren.”

Omdat hij graag zeker weet dat een plan de perfectie benadert, heeft hij uit eigen beweging metingen laten verrichten die de capaciteit van de kikkerpoel in verschillende scenario’s in beeld brengen: “Meten is weten. De projectleden en ik willen hetzelfde, maar ik ben nu eenmaal kritisch van aard. Ik zeg altijd: het maakt niet uit wie er met het beste idee komt, áls dat idee maar komt. Daarom hoop ik dat overheid en inwoners meer gaan samenwerken. De mensen die in dit gebied wonen, weten er nu eenmaal het meeste van af.”

Twee tussenjaren

Wanneer je zo van buitenaf komt binnenstormen, verwacht je misschien dat de plaatselijke gemeenschap zich wat terughoudend zal opstellen. Maar niets is minder waar, vertelt Wim. Het contact met de buren kwam hier snel op gang: “We werden meteen overal uitgenodigd en omarmd. Veel buren kennen elkaar al hun hele leven. Dat halen we natuurlijk nooit meer in, maar iedereen is erg hartelijk.” Wat helpt is dat hij en zijn gezin ook zelf graag de handen uit de mouwen steken: “Ik heb alle machines gekocht die ik hier nodig heb en leuk vindt. Dat brengt contact op gang, ik heb wat uit te lenen.”

Hij vindt het mooi om te zien hoe jongeren in de buurt zich breed ontwikkelen: “De meeste doen een hbo-studie, maar leggen in de avond bijvoorbeeld een prima stukje straatwerk. Ze kunnen feesten, maar ook serieus hard werken.” Zelf heeft hij zijn praktische vaardigheden de afgelopen jaren ook flink verbeterd. Zijn jongste zoon (18) nam uiteindelijk twee tussenjaren, om op het landgoed aan de slag te gaan. Hij heeft enorm veel werk verzet, natuur aangelegd, en riep op een zeker moment zelfs dat hij zijn studie mechatronica wilde verruilen voor een opleiding tot boswachter. Wim: “Inmiddels is hij toch aan die eerste opleiding begonnen, maar het blijft leuk om te zien wat hij hier allemaal heeft gerealiseerd.”

Nieuwe ideeën

Zelf werkt hij de komende jaren gestaag verder aan het masterplan: “Hoe het hier nu uit ziet heb ik al tig keer aan de binnenkant van mijn ogen gezien. Ik beleef er veel plezier aan om elke keer een stukje verder te komen.” Ook als dat betekent dat er steeds meer projecten bijkomen, die net als project nestkastjes een omvang aannemen die hij niet direct had voorzien. “Ik kom gewoon steeds op nieuwe ideeën en kan me daarin verliezen. Maar mijn vrouw zou graag zien dat het klaar is. Dat begrijp ik ook wel, want dit was oorspronkelijk een verhuizing in het kader van de rust opzoeken, haha.”